Het kan lastig zijn om ervoor te zorgen dat je kind naar je luistert en je regels opvolgt. Het is gemakkelijk voor je kind om aanwijzingen op te volgen, maar je dient regels op te stellen en er gevolgen aan verbinden als hij zich misdraagt. Leg je regels snel en precies uit. Alle regels moeten duidelijk en specifiek zijn. Als je tegen je kind zegt dat hij niet op zijn bed mag springen, zorg er dan voor dat hij weet dat hij op geen enkel bed mag springen. De regels die je instelt moeten consequent worden opgevolgd door iedereen in het huis. Wees een voorbeeld dat je kind kan volgen. Als je kind zijn schoenen uit moet doen binnenshuis, dan moet je dat ook doen. Wanneer je regels opstelt, houd hierbij dan in gedachten hoe oud je kind is en wat hij wel en niet kan. Sommige regels kunnen niet redelijkerwijs worden gesteld aan een tweejarige. Je kan niet verwachten van je peuter dat hij iedere keer dat hij gespeeld heeft, zijn speelgoed netjes opbergt zonder er steeds aan herinnerd te moeten worden. Maak niet te veel regels - kinderen vergeten snel wat mag en wat niet. Herhaal de regels regelmatig. Omdat peuters een korte spanningsboog hebben en snel dingen vergeten, dien je ze er vaak aan te herinneren wat de regels zijn.
Het zal je wellicht opvallen dat je kind opeens verlegen aan het worden is. De meeste kinderen van twee of drie jaar zijn verlegen in contact met andere kinderen en zelfs rond sommige volwassenen. Sommige kinderen zijn verlegener in contact met volwassenen dan andere kinderen. Help je kind, in plaats van de verlegenheid te willen oplossen, om zich op zijn gemak te voelen in contact met anderen mensen. Geef je kind niet het label 'verlegen' als je met hem of met andere mensen praat. Als je hem verlegen noemt, zal hij zich erbij neerleggen dat het zo is en zal hij niet meer om willen gaan met andere mensen. Moedig je kind aan om mee te doen aan activiteiten waar andere kinderen of volwassenen bij betrokken zijn. Dwing hem niet als hij niet wil. Nodig een of twee kinderen uit om bij je thuis te komen spelen, waar je kind zich op zijn gemak voelt, en laat ze een paar uur samen spelen. Als mensen tegen je kind praten en hij reageert niet, spreek dan gewoon voor hem. Hierdoor zal hij het misschien minder eng vinden, waardoor hij toch durft terug te praten.
Kinderen van deze leeftijd vertonen vaak bazig gedrag. Je kind ziet zichzelf als de belangrijkste persoon op de wereld en denkt dat alles altijd om hem hoort te draaien. Je kan dit gedrag ontmoedigen door hem te behandelen zoals je wilt dat hij anderen behandelt. Probeer niet bazig te doen tegen hem en geef hem genoeg aandacht. Reageer niet wanneer je kind onbeleefd doet. Laat hem alstublieft en dank je wel zeggen en geef niet toe aan bevelen van je kind. Geef je kind dagelijks verantwoordelijkheden en wat zeggenschap over minder belangrijke dingen. Hierdoor zal je kind zich waarschijnlijk goed over zichzelf voelen, waardoor hij er minder behoefte aan zal hebben om zo veel controle uit te oefenen op anderen.